Gerontis the cunning
Master Knight
Artos keek grimmig. Zijn hand ruste op de brede slagzwaard die aan zijn linkerheup hing. Zijn andere hand streek de leren vest van zeer goede kwaliteit en hij wierp een blik achterom.
Daar stonden ze dan. De mannen die hij moest leiden, ze waren goed gedrild en redelijk bewapend en ook redelijk uitgerust met een lichte malienkolder, metalen helm, een zwaard die een legionare droeg, een best groot schild. Ze stonden in een dichte formatie en Artos zuchtte. Hij wierp een blik opzij en zag dat in de gehele voorste lijn niemand bewoog. Ook bij de andere troepen bleef het dodelijk stil en gespannen. Soms kuchte iemand of keek iemand achterom of naar iemand die naast hun stond.
Artos keek omhoog naar de lucht en zag een vogel. Vaak genoeg had hij zich voorgesteld hoe het was, de vrijheid en de mogelijkheid om te vliegen waar je maar heen kon. Anderzijds dacht hij nu eraan hoe handig het zou kunnen zijn in een veldslag. Je vijand eerder aan zien komen en daarop een strategie uitzetten. Hij zuchte en deed de metalen helm op die de gewone legionar ook droeg.
Deze dag zou hij strijden zij aan zij met de Aralse strijdmacht die hadden uitgevonden van een uitval vanuit Saeron. Hij wierp nogmaals een blik op de troepen die hem aangewezen waren. De vaandeldrager en co-kapitein stonden rechts van de groep troepen. Toen hij weer voor zich keek verkilde zijn hart.
De laaiende stofwolken hadden maar één betekenis en dat was de aankondiging van zijn vijand. De greep op de gevest van zijn slagzwaard werd strakker en gespanner. Hij liet het gevest los en bromde. In tegenstelling tot de meeste mensen van Aral en de andere landen die in het Licht geloofde, geloofde Artos er weinig van. Hij had altijd meer intresse gehad in de sage's van de Noorden en de mythes die de mensen van Redesh altijd vertelde.
Hij had weinig vetrouwen in het goddelijke, op de veld des doods had je maar één ding dat je kon helpen en dat was je eigen lichaam. Kon dat je niet op tijd helpen, dan was je gedoemd en zou je sneuvelen.
Echter wist hij wel dat je soms kon rekenen dat je kameraden en medestrijders aan je zij had waarop je kon bouwen, maar die konden niet altijd voor je zijn. Je moet altijd eerst voor jezelf zorgen, een regel die de basis is geweest van de man die de naam Artos draagt.
Toen de troepen van Saeron zichtbaar werden klonk een hoorn en klonk er een mars van honderden mannen. De boogschutters stelde zich op in een losse linie achter de legionares. De ruiterij begonnen aan hun formatie aan de weerzijdes van de legionare lijn.
Artos grijnsde breed, want hij zou een troep leiden die erg vlakbij de center van de lijn zat. Er zou dus geen gebrek aan Saeronaanse klootzakken zijn voor hem.
Artos draaide zich om en brulde : ''Schilden!''
De schilden van zijn troepen gingen meteen actief omhoog en ze trokken hun zwaarden. Overal begonnen de legionares van Aral hun schilden op te heffen en hun zwaarden te trekken. De troepen met speren stonden achter de formaties van de ruiterij, want de Saeronse legermacht had nooit zoveel ruiters, maar meestal een grote horde van lichte voetsoldaten en boogschutters en soms wat ruiters of van die grote lelijke beesten met enorme slachttanden en een rare voorarm, die boven hun mond hing (een olifant).
Dit was gewoon een slechte aanval, je zou het beste kunnen beschrijven dat het een verveelde actie was en dat Saeron gewoon wou laten zien dat het Aral helemaal niet goed gezind was.
Artos draaide zich om en liep naar de soldaten die onder zijn leiding waren. De vijand kwam dichterbij en al snel leek het alsof ze in een dwaze bui recht op hen af kwam stormen. Artos wist wel beter, maar het intresseerde hem weinig. Hij zou de troep leiden en ervoor zorgen dat zijn bloeddorst naar Saeronaanse bloed gelest zou worden vandaag.
Al snel klonken de hoorns en vlogen de pijlen van beiden kanten heen en weer. Soldaten van beiden kanten gilden of kreunden het uit wanneer ze geraakt werden door een projectiel en sommige bleven zelfs vloekend overeind staan. Een soldaat naast Artos werd recht in zijn oog geraakt en viel zonder enige keelgeluid recht achterover.
Artos vloekte en pakte snel de schild van de man en wist die net op tijd omhoog te heffen om een pijl tegen te houden. Hij trok zijn slagzwaard en wees naar de vijand terwijl hij een aanvalskreet slaakte.
De legionares stormde op de vijand af en de linies botste. Stof laaide op terwijl armen, benen werden afgehakt en lichamen werden doorkliefd door speren, zwaarden en pijlen. Schilden werden uit handen geslagen of versplinterd en mannen vloekte en vochten verbeten tegen hun gehate vijand.
Artos bukte en hakte met een felle uithaal een been van een Saeronaanse soldaat eraf. De man viel op zijn rug en schreeuwde het uit. Artos spuugde op de man en stak hem snel in de keel. Hij keek woedend op toen een andere hem van de zijkant wou bestormen. Hij haalde uit met zijn zwaard en zijn tegenstandere pareerde de slag met zijn tweehandige bijl. Vervolgens wou die weer uithalen maar Artos been schopte de man achteruit en voordat de man was bijgekomen werd hij in zijn borst doorboord door een legionares zwaard. De man viel voorover terwijl de legionare die hem neer had gestoken grijnsden en vervolgens zich moest verdedigen tegenover een andere Saeronaanse aanvaller.
Een uur later kwamen de kraaien en aten van de doden.
Artos schudde zijn hoofd en beek de soldaat die de vaandel vast hield in de troep die hij moest leiden. Zijn naam was Victor en hij was een goede vriend van Artos sinds die de contract had aangenomen.
Victor gebaarde naar de slagveld. ''Het is een goede dag gebleken voor de aaseters en voor de volgelingen van Aral.''
Artos snoof en keek weer waar mannen bezig waren om de doden te sorteren. ''Ik moet nog zien of het nog een goede dag word. Jij weet net zo goed als ik dat je die aanval amper wat kan noemen. Er zijn inderdaad wat dappere soldaten gesneuveld, maar dat hoort nou eenmaal bij.''
Victor schudde zijn hoofd. ''Het is beter om op je voeten te sterven dan op je knieën te moeten leven.''
Artos stond op en ging recht tegenover Victor staan. Hij stond zo dichtbij dat Victor zijn adem op zijn wang kon voelen.
''Je begrijpt het verkeerd, het is beter om op je voeten te leven dan op je knieën te sterven.''
Daarna liep hij weg richting de plek waar de Aralse strijdmacht haar kamp voor de nacht zou opslaan.
Daar stonden ze dan. De mannen die hij moest leiden, ze waren goed gedrild en redelijk bewapend en ook redelijk uitgerust met een lichte malienkolder, metalen helm, een zwaard die een legionare droeg, een best groot schild. Ze stonden in een dichte formatie en Artos zuchtte. Hij wierp een blik opzij en zag dat in de gehele voorste lijn niemand bewoog. Ook bij de andere troepen bleef het dodelijk stil en gespannen. Soms kuchte iemand of keek iemand achterom of naar iemand die naast hun stond.
Artos keek omhoog naar de lucht en zag een vogel. Vaak genoeg had hij zich voorgesteld hoe het was, de vrijheid en de mogelijkheid om te vliegen waar je maar heen kon. Anderzijds dacht hij nu eraan hoe handig het zou kunnen zijn in een veldslag. Je vijand eerder aan zien komen en daarop een strategie uitzetten. Hij zuchte en deed de metalen helm op die de gewone legionar ook droeg.
Deze dag zou hij strijden zij aan zij met de Aralse strijdmacht die hadden uitgevonden van een uitval vanuit Saeron. Hij wierp nogmaals een blik op de troepen die hem aangewezen waren. De vaandeldrager en co-kapitein stonden rechts van de groep troepen. Toen hij weer voor zich keek verkilde zijn hart.
De laaiende stofwolken hadden maar één betekenis en dat was de aankondiging van zijn vijand. De greep op de gevest van zijn slagzwaard werd strakker en gespanner. Hij liet het gevest los en bromde. In tegenstelling tot de meeste mensen van Aral en de andere landen die in het Licht geloofde, geloofde Artos er weinig van. Hij had altijd meer intresse gehad in de sage's van de Noorden en de mythes die de mensen van Redesh altijd vertelde.
Hij had weinig vetrouwen in het goddelijke, op de veld des doods had je maar één ding dat je kon helpen en dat was je eigen lichaam. Kon dat je niet op tijd helpen, dan was je gedoemd en zou je sneuvelen.
Echter wist hij wel dat je soms kon rekenen dat je kameraden en medestrijders aan je zij had waarop je kon bouwen, maar die konden niet altijd voor je zijn. Je moet altijd eerst voor jezelf zorgen, een regel die de basis is geweest van de man die de naam Artos draagt.
Toen de troepen van Saeron zichtbaar werden klonk een hoorn en klonk er een mars van honderden mannen. De boogschutters stelde zich op in een losse linie achter de legionares. De ruiterij begonnen aan hun formatie aan de weerzijdes van de legionare lijn.
Artos grijnsde breed, want hij zou een troep leiden die erg vlakbij de center van de lijn zat. Er zou dus geen gebrek aan Saeronaanse klootzakken zijn voor hem.
Artos draaide zich om en brulde : ''Schilden!''
De schilden van zijn troepen gingen meteen actief omhoog en ze trokken hun zwaarden. Overal begonnen de legionares van Aral hun schilden op te heffen en hun zwaarden te trekken. De troepen met speren stonden achter de formaties van de ruiterij, want de Saeronse legermacht had nooit zoveel ruiters, maar meestal een grote horde van lichte voetsoldaten en boogschutters en soms wat ruiters of van die grote lelijke beesten met enorme slachttanden en een rare voorarm, die boven hun mond hing (een olifant).
Dit was gewoon een slechte aanval, je zou het beste kunnen beschrijven dat het een verveelde actie was en dat Saeron gewoon wou laten zien dat het Aral helemaal niet goed gezind was.
Artos draaide zich om en liep naar de soldaten die onder zijn leiding waren. De vijand kwam dichterbij en al snel leek het alsof ze in een dwaze bui recht op hen af kwam stormen. Artos wist wel beter, maar het intresseerde hem weinig. Hij zou de troep leiden en ervoor zorgen dat zijn bloeddorst naar Saeronaanse bloed gelest zou worden vandaag.
Al snel klonken de hoorns en vlogen de pijlen van beiden kanten heen en weer. Soldaten van beiden kanten gilden of kreunden het uit wanneer ze geraakt werden door een projectiel en sommige bleven zelfs vloekend overeind staan. Een soldaat naast Artos werd recht in zijn oog geraakt en viel zonder enige keelgeluid recht achterover.
Artos vloekte en pakte snel de schild van de man en wist die net op tijd omhoog te heffen om een pijl tegen te houden. Hij trok zijn slagzwaard en wees naar de vijand terwijl hij een aanvalskreet slaakte.
De legionares stormde op de vijand af en de linies botste. Stof laaide op terwijl armen, benen werden afgehakt en lichamen werden doorkliefd door speren, zwaarden en pijlen. Schilden werden uit handen geslagen of versplinterd en mannen vloekte en vochten verbeten tegen hun gehate vijand.
Artos bukte en hakte met een felle uithaal een been van een Saeronaanse soldaat eraf. De man viel op zijn rug en schreeuwde het uit. Artos spuugde op de man en stak hem snel in de keel. Hij keek woedend op toen een andere hem van de zijkant wou bestormen. Hij haalde uit met zijn zwaard en zijn tegenstandere pareerde de slag met zijn tweehandige bijl. Vervolgens wou die weer uithalen maar Artos been schopte de man achteruit en voordat de man was bijgekomen werd hij in zijn borst doorboord door een legionares zwaard. De man viel voorover terwijl de legionare die hem neer had gestoken grijnsden en vervolgens zich moest verdedigen tegenover een andere Saeronaanse aanvaller.
Een uur later kwamen de kraaien en aten van de doden.
Artos schudde zijn hoofd en beek de soldaat die de vaandel vast hield in de troep die hij moest leiden. Zijn naam was Victor en hij was een goede vriend van Artos sinds die de contract had aangenomen.
Victor gebaarde naar de slagveld. ''Het is een goede dag gebleken voor de aaseters en voor de volgelingen van Aral.''
Artos snoof en keek weer waar mannen bezig waren om de doden te sorteren. ''Ik moet nog zien of het nog een goede dag word. Jij weet net zo goed als ik dat je die aanval amper wat kan noemen. Er zijn inderdaad wat dappere soldaten gesneuveld, maar dat hoort nou eenmaal bij.''
Victor schudde zijn hoofd. ''Het is beter om op je voeten te sterven dan op je knieën te moeten leven.''
Artos stond op en ging recht tegenover Victor staan. Hij stond zo dichtbij dat Victor zijn adem op zijn wang kon voelen.
''Je begrijpt het verkeerd, het is beter om op je voeten te leven dan op je knieën te sterven.''
Daarna liep hij weg richting de plek waar de Aralse strijdmacht haar kamp voor de nacht zou opslaan.